De Nederlandse media: niet evenwichtig

Likoed Nederland is van mening dat de Nederlandse media geen evenwichtig beeld geven van de situatie in het Midden-Oosten.

Een paar voorbeelden hoe dat te merken is:

  • Het gebruiken van benamingen als ‘militanten’ of ‘activisten’ voor terroristen (definitie is: geweld tegen burgers gebruiken voor politieke doeleinden).
  • Het de nadruk leggen op Israëlische verplichtingen in het vredesproces en de Palestijnse negeren. Bij de Road Map lijkt het in de Nederlandse media soms alleen maar te gaan over het stoppen met de bouw van het veiligheidshek. Dat onderwerp komt niet eens voor in de Road Map.
  • Vrijwel altijd krijgt de Palestijnse visie in de berichtgeving meer ruimte dan de Israëlische.
  • Het selectief weergeven van de feiten, zie: Het grote zwijgen van de Nederlandse media.

Overdrijving van Likoed Nederland? Lees wat toch niet de eersten de besten als NOS, NOVA en Schooltv (!) voor missers maken in hun berichtgeving.
Of zie onze aanklachten bij de Raad voor de Journalistiek voor het handelen in strijd met de normen voor journalistiek handelen van De Telegraaf en Nova.
Ook gedegen onderzoek laat dit zien, bijvoorbeeld: Onderzoek naar de berichtgeving van het NRC-Handelsblad over de Gaza oorlog.
Het is zelfs tot in de Tweede Kamer doorgedrongen, zie de: Kamervragen inzake de NOS verslaggeving over de Gaza oorlog. En bijvoorbeeld de Australische minister van buitenlandse zaken, Downer, veroordeelde de media berichtgeving over de oorlog in Libanon in scherpe bewoordingen:

“Ik ben ernstig bezorgd over de bewijzen van oneerlijkheid in de berichtgeving over Libanon. Een fotograaf van Reuters is ontslagen nadat hij met foto’s had geknoeid om de Israëlische luchtaanvallen te overdrijven. Er waren breed gepubliceerde berichten dat Israel opzettelijk een Rode Kruis ambulance had gebombardeerd. Dat blijkt niet houdbaar te zijn, zelfs niet bij een oppervlakkige beoordeling. Het heeft er alle schijn van dat dit een opzettelijke leugen is geweest. En toch hebben prestigieuze media dit kritiekloos gepubliceerd. Tevens werden alle Libanese slachtoffers als burgers gerapporteerd, terwijl onmiskenbaar een groot aantal daarvan Hezbollah strijders waren.”

Oud-redacteur Moll van de NRC maakte de draai persoonlijk mee en schreef er een boek over: ‘Hoe de nuance verdween uit een kwaliteitskrant’.  Zie: Oud-redacteur gispt NRC over Israel.

 

Wij zien daarvoor tien oorzaken in de Nederlandse pers. Door op onderstaande punten te klikken krijgt u de onderbouwing:

  1. Tekort aan historisch bewustzijn
  2. Vertekening door de strijd tussen een democratie en een dictatuur
  3. Onwetendheid over de Arabische cultuur
  4. Evenwichtigheid
  5. Politieke correctheid
  6. Gewenste simpele beeldvorming
  7. Verdringing van onaangename feiten
  8. Schuld en angst
  9. Pro-Arabisch tendens
  10. Als nazi-Duitsland?

Punten 8, 9 en 10 spelen niet of nauwelijks in de Verenigde Staten, je ziet dan ook dat de media daar heel anders berichten dan in Europa.

N.B. De basis van deze analyse komt uit een artikel geschreven op verzoek van ZAPP, blad van de Hogeschool voor de Journalistiek in Tilburg.

 


Dossier: media leugens

 

Hierboven is geschetst waarom naar onze mening de berichtgeving niet evenwichtig is. Hieronder staan de belangrijkste drie manieren waarop dit gebeurt:

  1. Het accentueren van negatieve zaken in de Israëlische samenleving en het negeren van negatieve aspecten van de Palestijnse/Arabische samenleving. Zie voor dat laatste ons artikel: Het grote zwijgen van de Nederlandse media. In de rubriek ‘Ongehoord Palestijns nieuws’ staan voorbeelden. Dit is strijdig met de journalistieke norm: “Bij het selecteren van nieuws gaat de journalist fair te werk.” (lid 14 van de ‘Code voor de Journalistiek’)
  2. Het uitgebreid weergeven van het Palestijns/Arabische standpunt en het minimaliseren en zelfs weglaten van de Israëlische kant van de zaak.
    Uiteraard is ook dit strijdig met de journalistieke ethiek: “Het zoeken naar hoor en wederhoor is een journalistiek basisprincipe. In het bijzonder bij het publiceren van beschuldigingen of verdachtmakingen aan het adres van een persoon of organisatie, past de journalist wederhoor toe. De beschuldigde krijgt voldoende gelegenheid, liefst in dezelfde publicatie en zonder onredelijke tijdsdruk, te reageren op de aantijging.” (lid 17 van de ‘Code voor de Journalistiek’)  Paul Brill – voormalig Volkskrant correspondent in Washington – zegt het zo: “De critici van Israel hebben al lang de overhand. De Palestijnse zaak komt in de media ruimschoots aan bod. Het valt me ook op dat Israëlische woordvoerders op de televisie heel kritisch ondervraagd worden, terwijl de teksten van Palestijnse woordvoerders ongefilterd worden doorgegeven. De Palestijnse kant van de zaak wordt stukken uitgebreider belicht.”
  3. Onwaarheden, meestal rechtstreeks overgenomen van de Palestijnse propaganda, zonder te verifiëren.
    Ten overvloede, ook dit is vanzelfsprekend strijdig met de journalistieke ethiek: “de journalist controleert de feiten in zijn berichtgeving.” (lid 5 van de ‘Code voor de Journalistiek’)

De derde categorie is het hardste aan te tonen en daar richt ons dossier Medialeugens zich dan ook op.

 

Twee media springen er negatief uit:

  • de NOS: zeer (links) politiek correct, vooral rechts niet in de kaart spelen, dus als het maar even kan geen negatieve zaken over moslims,
  • de VPRO: consequent negatief over Israel.

U vindt de voorbeelden hier: Dossier media leugens.