Door Stephen M. Flatow, vader van Alisa Flatow, die vermoord werd door Palestijnse terroristen in 1995. Vertaling en bewerking: Brabosh, 10 december 2017.
Archeologen hebben nog meer bewijs blootgelegd van de oude Joodse band met Jeruzalem.
Dit nadat UNESCO en de Palestijnse Autoriteit (PA) hebben verklaard dat Joden geen banden hebben met de heilige stad.
Over ironie gesproken.
De laatste ontdekking is een plaats waar het Romeinse leger tijdens de Tweede Tempelperiode Joodse strijdkrachten aanvielen die de buitenmuren van Jeruzalem bewaakten. De vondst brengt de leugens van de VN en de PA verder in diskrediet.
De Romeinen vielen Joodse troepen aan; er werd geen enkel bewijs gevonden van enige Palestijnse troepen in het gebied.
De aanval vond plaats tijdens de Tweede Tempelperiode – de tempel waarvan de PA zegt dat dat nooit heeft bestaan.
Telkens als archeologen in Israël graven, verschrompelt weer een stuk van de Palestijnse propaganda helemaal weg.
Eerder dit jaar hebben wetenschappers twee oude zegels van documenten ontdekt in Jeruzalem, daterend uit de late achtste eeuw of begin zevende eeuw v. Chr. Het script op de zegels is in het Hebreeuws, niet in het Arabisch of in een andere taal die verbonden is met Arabieren of moslims. Een van de zegels draagt de naam van een man, ‘Sa’adyahu ben Shebnayahu.’ De andere is de naam van een vrouw, “Elihanah bat Goel”.
Joodse namen. Niet Arabisch of moslim of Palestijns.
De archeologen merkten op dat de namen “in de stijl van de Judeeërs van deze periode” waren.
Een andere belangrijke archeologische vondst eerder dit jaar was de ontdekking van ’s werelds oudste glasovens, naast een spoorweg aan de voet van de berg Carmel, in de buurt van Haifa.
Professor Ian Freestone van het Londense University College, een specialist in de identificatie van de chemische samenstelling van glas, merkte op dat de ovens bewijzen dat “Israël een productiecentrum op internationale schaal vormde – vandaar dat het glaswerk wijd verspreid was over de Middellandse Zee en Europa.”
De ovens dateren van rond het jaar 400, ongeveer 300 honderd jaar nadat de Romeinen de Tweede Tempel verwoestten, naar schatting 600.000 Joden doodden en meer dan 1.000 Joodse steden en dorpen verwoestten.
Ondanks die verwoesting waren de Joden zo gehecht aan het Land van Israël dat ze hun samenleving heropbouwden, tot op het punt om te dienen als een productiecentrum voor glas dat zijn waren over het hele Romeinse rijk exporteerde.
Een van de meest beroemde ontdekkingen op dit gebied is een edict van de Romeinse keizer Diocletianus (keizer van 284 tot 305 na Chr.), waarin hij de prijzen vastlegde voor wat hij “Judea-glas” noemde.
Geen ‘Palestijns glas’, maar ‘Joods glas’. Omdat iedereen wist dat Judea de naam van de regio was. Dat is hoe het in de Bijbel wordt genoemd.
Dat is wat historici het meer dan 2000 jaar zo hebben genoemd. Dat wil zeggen, totdat UNESCO en de Palestijnse Arabische propagandamachine langs kwamen.
Uiteraard leest u meer over de Joodse historie van Jeruzalem in de tweede druk van het succesvolle ‘150 Palestijnse fabels’, in fabel 52: Jeruzalem, historie.
Het boek ‘150 Palestijnse fabels’ kreeg al lovende recensies, wordt unaniem geprezen door lezers en is het bestverkopende boek over Israël op Bol.com.
De tweede druk van de Nederlandse editie en de net verschenen eerste druk van de Engelstalige editie zijn in Nederland met een kleine korting te bestellen bij Likoed Nederland, inclusief bezorgen:
Maak 19,50 over op NL10INGB0004356789 t.n.v. Likoed Nederland en stuur een mail naar info@likoed.nl om het verzendadres door te geven.