Door: Khaled Abu Toameh. Vertaling: E.J. Bron, 15 mei 2015.
De internationale gemeenschap schijnt vergeten te zijn dat er niet alleen Palestijnen in de Gazastrook en op de “Westelijke Jordaanoever” wonen, maar ook in een serie Arabische landen – vooral in Syrië, Jordanië en Libanon.
Westerse verslaggevers, die berichten over het Israëlisch-Palestijnse conflict, concentreren zich bijna altijd op de “noodsituatie” van de Palestijnen die te maken hebben met de Israëlische veiligheidspolitie, ze negeren echter wat er met de Palestijnen in de naburige Arabische landen gebeurt.
Deze journalisten sluiten bijvoorbeeld hun ogen voor de dagelijkse moorden op Palestijnen in Syrië en voor het feit dat de Palestijnen die in Libanon en andere Arabische landen leven onderworpen zijn aan Apartheid en discriminerende wetten.
Een Palestijn, die doodgeschoten wordt nadat hij in Hebron een Israëlische soldaat heeft neergestoken, krijgt meer aandacht in de internationale pers dan een Palestijnse vrouw die in Syrië verhongert.
Het verhaal en de foto´s van Mahmoud Abu Jheisha, die doodgeschoten werd nadat met een mes op een soldaat in Hebron was afgestormd en hem zwaar verwond had, wekte de belangstelling van vele westerse media – ze stuurden journalisten fotografen naar de stad om hierover te berichten.
Maar op dezelfde dag dat Abu Jheisha begraven werd, stierf een Palestijnse vrouw in Syrië door gebrek aan voedsel en medicijnen. De vrouw werd geïdentificeerd als Amneh Hussein Omari. Ze had in het vluchtelingenkamp Jarmoek in de buurt van Damascus gewoond, dat al 670 dagen door het Syrische leger belegerd wordt. Met haar dood stijgt het aantal Palestijnse vluchtelingen dat als gevolg van gebrek aan medicijnen en voedsel naar 176.
Geen van de journalisten die in de regio gestationeerd zijn, berichtte over de zaak Omari; in hun ogen is deze zaak niet belangrijk, omdat de vrouw in een Arabisch land stierf.
Als Omari echter in een dorp of in een vluchtelingenkamp op de “Westelijke Jordaanoever” of in de Gazastrook zou zijn gestorven, dan zou haar verhaal op de voorpagina van alle grote westerse kranten hebben gestaan – omdat zij dan namelijk haar dood met Israëlische maatregelen op de “Westelijke Jordaanoever” of met de blokkade van de Gazastrook in verband zouden hebben kunnen brengen. Diezelfde journalisten, die over de gespannen economische omstandigheden op de “Westelijke Jordaanoever” en in de Gazastrook berichten, schijnen zich niet voor Palestijnen te interesseren die in de Arabische landen uitgehongerd of doodgemarteld worden.
Ook over het feit dat er sinds het begin van de burgeroorlog vier jaar geleden meer dan 2.800 Palestijnen in Syrië werden gedood informeren de journalisten hun lezers en toeschouwers niet. Uit een rapport, dat deze week door een Palestijnse mensenrechtengroepering werd gepubliceerd, blijkt bovendien dat in de afgelopen vier jaar meer dan 27.000 Palestijnen vanuit Syrië naar Europa zijn gevlucht. Ook merkt het bericht op dat er in het vluchtelingenkamp Jarmoek al minstens 730 dagen geen elektriciteit en 229 dagen geen water meer is.
In het begin van de maand verscheen er een krantenartikel, dat vermeldde dat er in een Syrische gevangenis acht Palestijnen zijn gestorven aan de gevolgen van marteling. Drie van de slachtoffers waren vrouwen, o.a. de 22-jarige Nadin Abu Salah, die op het moment van haar dood zwanger was. Het bericht vermeldt dat er alleen al in de maand maart van dit jaar 83 Palestijnen in Syrische gevangenissen werden doodgemarteld.
Het is het ongeluk van de Palestijnen niet op de ‘westelijke Jordaanoever’ of in de Gazastrook te leven. De internationale gemeenschap schenkt alleen aandacht aan Palestijnen als zij “slachtoffers” van Israël zijn.
De internationale media negeren eveneens nog steeds de “noodsituatie” van die Palestijnen, die onder de heerschappij van de Palestijnse Autoriteit (PA) op de ‘Westelijke Jordaanoever’ en onder die van Hamas in de Gazastrook leven.
Op de ‘Westelijke Jordaanoever’ pakken de veiligheidstroepen nog steeds Palestijnen op die kritische opmerkingen op Facebook posten of in het openbaar hun stem verheffen tegen vooraanstaande Palestijnse leiders.
Vorige week bijvoorbeeld arresteerde de Palestijnse geheime dienst Khalil Afaneh, een werknemer van de Waqf (islamitische stichting), omdat hij op zijn Facebook-pagina “laster” tegen Yasser Arafat zou hebben bedreven.
Op 25 april arresteerde de PA de journalist Ahmed Abu Elhaija uit Jenin, die zich juist op weg bevond naar een conferentie in Jordanië. Het is niet de eerste arrestatie van een Palestijnse journalist of blogger; een reden werd niet gegeven.
Een ander verhaal dat door de internationale media werd genegeerd, betreft Jihad Salim, een lid van het aan Hamas verbonden Islamitisch Blok aan de universiteit Bir Zeit op de “Westelijke Jordaanoever”. Salim werd door de Palestijnse veiligheidspolitie opgepakt, kort nadat het Islamitisch Blok de verkiezingen voor de Studentenraad op de universiteit had gewonnen.
Na zijn vrijlating zei hij dat hij door diegenen die hem verhoorden, lichamelijk mishandeld zou zijn; ze zouden hebben willen weten waarom het Islamitisch Blok de verkiezingen gewonnen zou hebben. “De Palestijnse Autoriteit wil geen democratie”, zei zijn moeder na zijn vrijlating. “Waarom arresteren ze studenten en wie heeft daar voordeel bij?”
De situatie in de Gazastrook is niet veel anders. De meeste berichten die in de internationale media opduiken, negeren de heerschappijpraktijken en pesterijen waarop Hamas de Palestijnen trakteert. Bijvoorbeeld de jongste beslissing van Hamas om een nieuwe belasting voor een serie goederen in te voeren. Ze werd door veel Palestijnen heftig bekritiseerd, velen riepen zelfs op tot rebellie tegen Hamas.
En opnieuw interesseert zich geen enkele westerse journalist voor dit verhaal, vooral niet omdat Israël er niet bij is betrokken.
Door hun ogen voor de nood van de Palestijnen te sluiten, die in de Arabische landen en onder de heerschappij van de Palestijnse Autoriteit en Hamas leven, bewijzen de journalisten niet alleen hun publiek een slechte dienst, maar ook de Palestijnen zelf.
De aanhoudende obsessie van de media met Israël zorgt ervoor dat de Arabische landen, de Palestijnse Autoriteit en Hamas hun systematische schendingen van de mensenrechten en de onderdrukking van de vrijheid van meningsuiting kunnen voortzetten.