Philippe Assouline Esq., advocaat en journalist. Vertaling en inkorting: Likoed Nederland. Klik hier voor de volledige, Engelse versie met voetnoten.
In de strijd om de harten en geesten winnen emoties het van de feiten. Medeleven is dwingender dan droge feiten ter verdediging. Dit wordt tegenwoordig bevestigd door de wetenschap, en het verklaart waarom de Palestijnen de media-oorlog hebben gewonnen.
Omdat “het ons een goed gevoel geeft als wij lijden kunnen verlichten” – door de kant van degene te kiezen die het slachtoffer lijkt – hecht een herhaalde ervaring van mededogen zich in onze gedachten.
De uitbeelding van de Palestijnen als onschuldige slachtoffers in nood is de rode draad door alle Palestijnse propaganda – en is de sleutel tot het enorme succes geweest.
Maar liefst 40-60 procent van de Europeanen gelooft dat “Israël bezig is met een uitroeiiingsoorlog tegen de Palestijnen.”
Verbijsterend wanneer men bedenkt dat het Israël is dat juist regelmatig met uitroeiing bedreigd wordt. Israël, een liberale democratie ingesloten door tirannie en sektarisch geweld, wordt in toenemende mate gezien als het kwaad.
Kinderen
Sinds de eerste Intifada hebben Palestijnen doelbewust gebruikt van kinderen als voetvolk bij rellen voor de televisie, omdat beelden van kwetsbare kinderen het meest effectief en blijvend de Palestijnen neerzet als ongelukkige slachtoffers, ongeacht de feiten. Beelden wekken meer emoties op. In de sociale psychologie wordt dit de Fundamentele Attributie Vergissing genoemd.
Om deze beelden te veroorzaken hebben Palestijnse leiders systematisch hun jeugd geïndoctrineerd tot jodenhaat en ‘martelaarschap’ en ze vooraan bij de camera’s geplaatst.
De effectiviteit van dode Palestijnse kinderen als propaganda-instrument werd onderstreept door Jasser Arafat:
“Het Palestijnse kind met een steen, kijkend naar een tank, is dat niet de beste boodschap aan de wereld, als die held een ‘ martelaar’ wordt?”
Hamas schept ook op dat het “vrouwen en kinderen als menselijk schild gebruikt” en traint kindsoldaten in zijn middelbare scholen.
Maar Westerse media stellen geen morele vragen. Palestijnse leiders hebben dus nooit hoeven uitleggen waarom ze zo veel van hun jongeren in gevaar brengen voor propaganda doeleinden, of waarom buitenlandse hulp besteed wordt aan de hersenspoeling van kinderen.
In scene gezet
Palestijnen hebben zo veel meelijwekkend ‘nieuws’ in scene gezet dat het een naam gekregen heeft: Pallywood. In de gelijknamige film zijn vele bewijzen te zien van het gespeelde verwondingen, nepbegrafenissen, geënsceneerde vuurgevechten, professioneel huilende grootmoeders en nagespeelde ambulance evacuaties.
Nooit iets misdaan
Ook werd een terminologie gekozen dat aansluit bij de westerse geschiedenis van onrecht, om het beeld van de Palestijnen vermengen met andere bekende slachtoffergroepen. De Palestijnse agressie die de oorzaak is, wordt weggepoetst.
Zo wordt zionisme – het recht op Joodse zelfbeschikking in het Joodse thuisland, als “kolonialisme” voorgesteld. Terreur wordt “verzet”. Palestijnen zijn “vluchtelingen”, die net als Jezus “worden vervolgd door de joden” en zijn slachtoffer van “apartheid”. De propaganda stelt de Palestijnen voor als volledig passieve en totaal onschuldige slachtoffers.
Journalisten
Dit beeld wordt strikt geregisseerd, mede door intimidatie van journalisten. Zo waarschuwde de minister van Informatie van de Palestijnse Autoriteit, Yasser Abed Rabbo, een journalistieke delegatie dat “de Palestijnse nationale belangen voor de vrijheid van de pers komen.” In de afgelopen jaren hebben Hamas en Fatah vaak met geweld opgetreden tegen journalisten die als bedreigend werden gezien voor “Palestijnse waarden”.
Daarnaast zijn een aantal prominente journalisten van internationale persbureaus gelijktijdig betaalde medewerkers van de Palestijnse overheid.
Bovendien voelen plaatselijke Arabische journalisten – ook van Westerse agentschappen – geen tegenstrijdigheid tussen het werken als journalist en het er op na houden van extreem anti-Israëlische standpunten. Zo vertelde een senior BBC-verslaggever – Fayad Abu Shamala – dat journalisten “de campagne schouder-aan-schouder voeren met het Palestijnse volk.”
Later werd hij ontmaskerd als Hamas lid. En ook toen handhaafde de BBC hem nog.
Conclusie
Mededogen is een krachtige emotie. Beelden van onnodig lijden belemmeren ons vermogen om rationele morele oordelen te maken. En net zoals seks verkoopt, verkoopt compassie ook. De ervaring van mededogen is een vorm van psychologische beloning en het dwingt ons om blijvend de kant te kiezen van vermeende slachtoffers, ongeacht context of feiten.
Door bovengenoemde methoden hebben Palestijnen zich vakkundig geherdefinieerd als onschuldige slachtoffers. Met dat imago kunnen zij nu Palestijnse misdaden voorstellen als slechts een reactie op Israëlische daden. De feitelijke verdedigingen door Israël versterken dan slechts de indruk dat de Palestijnen onrecht is aangedaan.
Israëli’s hebben lang geprobeerd om mensen te overtuigen met argumenten en juridische rechtvaardiging, en hebben verloren.
Israël zal zich anders aan de wereld moeten presenteren, op een manier die minstens zo emotioneel aantrekkelijk is als het verhaal van slachtofferschap van de Palestijnen.
In de eerste plaats zal het kinderlijke beeld van Palestijnen terug te draaien.
Nog belangrijker: Israël zal valse beschuldigingen niet meer moeten bestrijden met onpersoonlijke feiten, maar met ontroerende – en wel correcte – eigen verhalen.