Artikel van Likoed Nederland in het kader van ‘ongehoord Palestijns nieuws’, 6 augustus 2013.
“Het is prachtig, onbeschrijfelijk. Ik was zo verbaasd toen ik in Israël kwam, het leek wel of ik in Europa was. Er is een compleet verschil tussen de Westbank en Israël.”
Dat zei Jallad, een Palestijn uit Tulkarem, die tijdens de Ramadan dit jaar voor het eerst Israël bezocht. Hoewel zijn woonplaats slechts 15 kilometer ten oosten van de Israëlische badplaats Netanja ligt, bezocht hij Israël en de Middellandse Zee voor het eerst.
Volgens de Israëlische autoriteiten die de speciale vergunningen voor de Ramadan verstrekken, hebben vorig jaar ongeveer 800.000 Palestijnen uit de Westbank Israël bezocht tijdens de Ramadan. Dit jaar zijn het er naar verwachting meer dan een miljoen. De vergunningen worden afgegeven ten behoeve van familiebezoek, religieuze samenkomsten en het bezoek van islamitische heilige plaatsen.
Maar veel Palestijnen gebruiken de mogelijkheid dus ook om naar het strand te gaan, en te winkelen. Dat geeft echter wel schokeffecten. Een Palestijnse moeder verklaarde verontwaardigd:
“Het is schandalig van onze winkeliers. Ik kocht onze kinderkleren in Ramallah, maar diezelfde kleren zijn in Israël veel goedkoper. Het is ongelooflijk en onverklaarbaar dat onze winkeliers de mensen zo uitzuigen, en dat onze overheid daar niets aan doet.”
Dezelfde kleren blijken in Tel Aviv – waar de lonen nota bene hoger zijn – maar ongeveer de helft te kosten.
Ook het strand was voor een paar vrienden uit Hebron een cultuurshock.
“Als een vrouw bij ons zo rond liep, zou haar familie haar afslachten met een mes,” zei de 19-jarige Rami, wijzend op een vrouw in bikini.
“Nee”, reageerde de 24-jarige Amjad, “zij zou 5.000 mannen achter zich aan krijgen.”