Door Johannes Gerlof. Vertaling uit het Duits door E.J. Bron, 25 oktober 2012.
“Onze hoop is verloren. Het is gedaan met ons!”, was het levensgevoel van de uit Judea gedeporteerden meer dan 2500 jaar geleden. Daar plaatste de profeet Ezechiël tegenover: “Ik wil jullie graven openen en haal jullie, mijn volk, uit jullie graven naar boven en breng jullie naar het land van Israël. Jullie zullen ervaren dat ik de Heer ben als ik jullie graven open en jullie, mijn volk, uit jullie graven naar boven haal”.
In de 19e eeuw pakte Naphtali Hertz Imber, zelf burger van de Habsburgse monarchie, deze Bijbelse formuleringen op voor een gedicht, dat hij “HaTikvah”, “De Hoop”, noemde: Zolang er binnen in het hart nog Joods leven rommelt, aan de uiterste einden van het Oosten, naar voren gericht, met één oog op Zion gericht, is onze hoop niet verloren, de hoop van tweeduizend jaren: Een vrij volk te zijn, in ons eigen land, in het land Zion en in Jeruzalem!”. In het jaar 2004 werd “De Hoop” officieel tot volkslied van de staat Israël verklaard.
Toen tegen het einde van de 19e eeuw dit duizenden jaren oude Joodse verlangen het onderwerp van concrete politieke ideeën werd, dook het begrip “Zionisme” op, als samenvatting van de praktische inspanningen van het Joodse volk om na tweeduizend jaar in de diaspora naar zijn thuisland, naar “Zion”, terug te keren. Diegene, die het Joodse volk een recht op zelfbeschikking toestaat, de thuiskomst van het volk Israël in het land tussen de Middellandse Zee en de Jordaan als terecht beschouwt, haar principieel aanvaardt en ondersteunt, is “Zionist” – of hij nu Jood, christen, moslim, Hindoe of atheïst is.
Door zijn vijanden wordt het Zionisme ervan beschuldigd landroof, geweld en de verdrijving van de Palestijnen te rechtvaardigen. Het wordt als kolonialisme bekritiseerd. In 1975 veroordeelde de Algemene Vergadering van de VN Zionisme als racisme. In 1981 riepen 53 landen van de Afrikaanse Unie in de inleiding van hun charta voor mensenrechten ertoe op “kolonialisme, neokolonialisme, apartheid en Zionisme te elimineren”.
Afgezien van enkele ultraorthodoxe stromingen van het Jodendom en het grootste deel van de islamitische wereld was het vooral de rooms-katholieke kerk, die een theologisch probleem met Joodse nationale ambities. Paus Pius X. liet de vader van het seculiere Zionisme, Theodor Herzl, weten: “De Joden hebben onze Heer niet erkend, daarom kunnen wij het Joodse volk niet erkennen”. In de tweede helft van de 20e eeuw voltrok het Vaticaan een ommekeer in zijn houding tot het Joodse volk en veroordeelde alle christelijke wortels van het antisemitisme. Dit betekende echter nog lang niet van een politiek reëel bestaande thuiskomst van het Joodse volk in zijn land Israël. “Ook als we de joden er niet aan kinnen hinderen naar Jeruzalem te gaan”, had paus Pius X. ooit tegen Theodor Herzl gezegd, “we zullen het nooit sanctioneren”.
Maar het Zionisme heeft niet alleen maar tegenstanders. Er zijn veel soorten zionisten, heel verschillend van kleur. Terwijl Joden zich luidkeels als Zionisten uiten, zijn ontelbare niet-Joden voorstander van de terugkeer van het Joodse volk naar het land Israël. Lang voordat Joden actief de oprichting van een staat voorbereidden, waren de Britse koningin Victoria, Napoleon Bonaparte van Frankrijk, de Tsjechoslowaakse president Tomáš Garrigue Masaryk en de oprichter van het Internationale Rode Kruis, Henry Dunant, in feite Zionisten.
Zionistische meningen onder moslims
Daarbij waren en zijn het niet alleen christenen die Zionistische meningen uiten, maar ook moslims. Al in de 19e eeuw was de sjah van Perzië, Naser ed-Din Kadjar, er voorstander van dat de joden zich in Palestina vestigden. Later was het de Pakistaans-Amerikaanse journalist en schrijver Tasbih Sajet. Onder de islamitische Zionisten zou tegenwoordig de directeur van het cultuurinstituut van de Italiaanse islamitische gemeente en imam van Rome, sjeik Abdul Hadi Palazzi, de bekendste kunnen zijn. Niet zelden citeren Israël-vriendelijke moslims de koran, zoals soera 7, vers 137:
“En Wij (Allah) deden de mensen die voor zwak werden gehouden de oostelijke en westelijke gedeelten van het land (de oostelijke en westelijke Jordaanoever, d.w.z. het hele land) welke Wij zegenden, erven. En het genadevolle woord van uw Heer werd voor de kinderen Israëls vervuld omdat zij geduldig waren geweest; en Wij vernietigden al hetgeen Pharao en zijn volk hadden gebouwd en al hetgeen zij hadden opgericht.”
Asaad Schukeiri, vader van de eerste secretaris-generaal van de PLO Achmed Schukeiri, sprak in de tijd van het Britse Mandaat van Palestina openlijk de Palestijnse nationalist en Hitlervriend grootmoefti Amin al-Husseini tegen, toen deze islamitische leren gebruikte om het Zionisme aan te vallen. Emir Faisal, zoon van de sayyid Hussein van Mekka, die zichzelf na het verval van het Ottomaanse rijk als rechtmatig heerser van de Arabische volkeren beschouwde, sympathiseerde openlijk met de ideeën van de Zionisten. Tot op de dag van vandaag hebben Joods-nationale ambities grote vrienden, niet alleen onder moslims in Koerdistan en Noord-Afrika, maar ook in India. Uit internationale peilingen blijkt India het meest pro-Israëlische land ter wereld te zijn – terwijl het tegelijkertijd de grootste moslimbevolking wereldwijd bezit.