14 mei 1948.
Het land Israel is de geboorteplaats van het Joodse volk. Hier werd haar geestelijke, religieuze en politieke identiteit gevormd. Hier verwierven ze onafhankelijkheid en schiepen een cultuur van nationale en internationale betekenis. Hier schreven zij en gaven de bijbel aan de wereld.
Door dit historisch besef gedragen, zijn de Joden door de eeuwen heen naar het land van hun vaderen teruggekeerd om hun erkenning als natie te herwinnen. Gedurende de laatste decennia zijn zij in groten getale teruggekeerd. Ze hebben het woestijngebied ontgonnen, hun taal tot nieuw leven gewekt, steden en dorpen gebouwd en een voortdurend groeiende gemeenschap met een eigen economisch en cultuur leven gevestigd.
Ze zochten vrede, maar waren erop voorbereid zich te verdedigen. Ze hebben aan alle inwoners de zegeningen van de vooruitgang gebracht. Zij streefden een onafhankelijke staat na, daartoe opgeroepen door de geestelijke vader van de Joodse staat, Theodor Herzl, die het Eerste Zionistische Congres bijeen riep, en het recht van het Joodse volk afkondigde op een nationale wedergeboorte in wat zij zagen als hun eigen land.
Dit recht werd erkend door de Balfourverklaring op 2 november 1917 en bevestigd door het Mandaat van de Volkenbond, dat uitdrukkelijk de internationale erkenning gaf aan de historische verbondenheid tussen het Joodse volk en het land Israel en het recht van het Joodse volk hun nationale tehuis te herbouwen.
De moordpartijen van de moderne tijd, waarbij miljoenen Joden het leven lieten, bewezen opnieuw de noodzaak het probleem van het gebrek aan een eigen thuis op te lossen door Israel als Joodse staat te hervestigen, die de poorten voor iedere Jood zou openen en de Joden een gelijkwaardige status te midden van alle andere volken zou geven.
Na verbannen te zijn uit het land bleef het volk daaraan trouw in de Diaspora en hield nooit op met bidden en hopen op een terugkeer en een herstel van zijn politieke vrijheid.
Overlevenden van de Nazi Holocaust in Europa, evenals Joden uit andere delen van de wereld, gingen voort met de migratie naar het land Israel, onverschrokken ondanks moeilijkheden, beperkingen en gevaren, en hielden nooit op met het nastreven van hun recht op een waardig leven, vrijheid, en een rechtvaardig bestaan in hun eigen thuisland.
In de Tweede Wereldoorlog heeft het Joodse volk van dit land ten volle zijn bijdrage geleverd in de strijd van de vredelievende naties tegen boosaardige krachten van de Nazi’s. Door het bloed van haar soldaten en haar oorlogsinspanningen heeft zij het recht verdiend erkend te worden als volwaardig lid van de Verenigde Naties.
Op 29 november 1947 heeft de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties een resolutie aangenomen waarin werd gesproken over de vestiging van een Joodse staat in het land Israel. De Algemene Vergadering wenste van de inwoners van het land Israel dat zij de benodigde stappen ondernamen voor de uitvoering van de resolutie. Deze erkenning van de Verenigde Naties van het recht van het Joodse volk een eigen staat te vestigen is onherroepelijk.
Dit recht is het natuurlijke recht van het Joodse volk om zeggenschap te hebben over hun eigen bestemming net als elke andere natie – in haar eigen soevereine staat. Zodoende zijn wij, leden van de Volksraad, vertegenwoordigers van de Joodse gemeenschap in het land Israel en de zionistische beweging, hier vergaderd om op de dag van de beeindiging van het Britse mandaat over het land Israel, gesteund door ons natuurlijke en historische recht en gemachtigd door de resolutie van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties, de vestiging van een Joodse staat in het land Israel die de naam Israel zal dragen, af te kondigen.
Wij verklaren dat vanaf het moment van de beeindiging van het Britse Mandaat vanavond, de avond van de Sabbat, 15 mei 1948, tot de benoeming van de nieuwe verkozen autoriteiten in overeenstemming met de grondwet die niet later dan op 1 oktober 1948 zal worden aangenomen door de gekozen vertegenwoordigers van het volk, de Volksregering zal optreden als de tijdelijke machthebbers en het uitvoerende orgaan, de Volksraad, zal functioneren als tijdelijke regering van de Joodse staat genaamd Israel.
De staat Israel zal openstaan voor immigratie van Joden uit alle naties; zal de ontwikkeling van het land benutten ten gunste van al zijn inwoners; zal gebaseerd zijn op het principe van vrijheid, gerechtigheid en vrede volgens de profeten van Israel; zal volledige sociale en politieke gelijke rechten handhaven voor al zijn burgers, ongeacht geslacht, ras of sexe; zal vrijheid van godsdienst, geweten, opvoeding en cultuur garanderen; zal de gewijde plaatsen van alle godsdiensten handhaven en zal nauwgezet de principes van het Handvest van de Verenigde Naties in acht nemen.
De staat Israel is bereid samen te werken met de afdelingen en vertegenwoordigers van de Verenigde Naties om de resolutie van de Algemene Vergadering van 29 november 1947 uit te voeren, en zal stappen ondernemen om een economisch systeem voor heel het land Israel te verwezenlijken.
We roepen de Verenigde Naties op het Joodse volk te helpen bij de opbouw van de staat en om de staat Israel op te nemen in de gemeenschap van de naties. Te midden van moedwillige agressie willen we de Arabische inwoners van de staat Israel vragen de wegen van vrede te bewandelen en hun deel bij te dragen aan de ontwikkeling van de staat, op basis van volledig en gelijkwaardig burgerschap en een behoorlijke representatie in al haar geledingen en instellingen.
Wij reiken, zoals het goede buren betaamt, in vrede en vriendschap de hand aan alle omringende landen en hun volkeren en nodigen hen uit samen te werken met het soevereine Joodse volk in hun eigen land. De staat Israel is bereid haar deel bij te dragen in een gezamenlijk streven naar vooruitgang van het gehele Midden-Oosten.
Wij roepen het Joodse volk in de Diaspora op zich rondom de Joden in het land Israel te scharen in hun werk van immigratie en herbouw en naast hen te staan in hun grote worsteling van de realisatie van een oude droom, de bevrijding van Israel.
Met vertrouwen op de Rots van Israel zetten wij onze handtekening onder deze proclamatie op deze zitting van het Voorlopige Bestuur van de Staat, op de bodem van het vaderland, in de stad Tel Aviv, op de avond voor de Sabbat, de vijfde Ijar 5708, oftewel 14 mei 1948.