Opinie-artikel van Likoed Nederland op Volkskrantblog, 14 november 2010.
Op de website van Anja Meulenbelt hebben wij de reactie geplaatst dat zij de tactiek van het gebruik van ‘menselijke schilden’ door de Palestijnen verzweeg. Een afschuwelijke oorlogsmisdaad, verboden in de Geneefse Conventie van 1949.
Zij reageerde hoogst verontwaardigd:
“Jullie liegen dat jullie barsten. Het is een absolute leugen dat Palestijnen hun eigen mensen zouden gebruiken als ‘menselijk schild’. Er is niet één bewijs van geleverd. Dus kom niet met die leugenachtige rotzooi aanzetten.”
Wij hebben haar daarop aangeraden op internet te gaan kijken. Wij schreven haar:
“Dat is merkwaardig. Op internet zijn filmpjes genoeg te vinden van:
- raketlanceerinrichtingen in woonwijken,
- wapenopslag in moskeeen,
- jongetjes die door strijders in hun nekvel gegrepen worden om als menselijk schild te dienen,
- oproepen van Hamas aan burgers om zich rond doelwitten te verzamelen.”
Haar reactie daarop was opnieuw: “Jullie liegen, lui van Likoed.”
Wij hebben hierop een aantal bewijzen van het gebruik van menselijke schilden verzameld en die in de reactiemogelijkheid van haar site geplaatst. Dat werd echter – tot drie maal aan toe – steeds binnen enkele uren door haar verwijderd.
Alleen op die manier kan zij voor haar lezers het sprookje in stand houden dat wij gelogen zouden hebben. En dus verhullen dat het in werkelijkheid zijzelf was die niet de waarheid gesproken had.
Daarom hebben wij deze documentatie over het gebruik van menselijke schilden op onze site gezet.
Die methodiek van censuur gebruikt Anja Meulenbelt geregeld, ook bij anderen. Het is mensen zelfs zo opgevallen dat de Nederlandse taal verrijkt is met het woord ‘Meulenbelten’, wat dus ‘censuur plegen op je weblog’ betekent.
Zij is niet de enige die voordoet dat je in discussie kan gaat op hun site, maar in feite inperkt. Een andere manier is er voor zorgen dat critici de mogelijkheid van reageren totaal ontnomen wordt. Je zorgt er dus voor dat andersdenkenden je beweringen niet kunnen weerleggen. Een voorbeeld daarvan hadden wij vorige week.
In een artikel op de site ‘Geen commentaar’ werd er op gewezen dat de weergave van Palestijns extremisme onzorgvuldig gebeurt. Daarbij werd Likoed Nederland als voorbeeld opgevoerd, omdat onze bron selectief geciteerd had. Maar dat is de essentie van citeren, dat is per definitie selectief, waarbij het gebruikelijk is dat je de meest opmerkelijke uitspraken citeert. Met de uitspraken van bijvoorbeeld Netanjahoe gebeurt dat ook voortdurend.
In dat artikel ‘Wees voorzichtig met je informatiebronnen’, zet schrijfster Johanna zich vervolgens af tegen standpunten uit het verkiezingsprogramma van Likoed uit 1999! Dit doet zij echter zonder er bij te vermelden dat het – niet meer actuele – standpunten uit 1999 betreft. Ofschoon wij Johanna er eerder en herhaaldelijk op gewezen hebben dat de standpunten van Likoed de afgelopen elf jaar gewijzigd zijn, blijft zij dit op diverse plekken op het internet doen. Net alsof je bijvoorbeeld de PvdA nu haar standpunten uit 1999 nog zou verwijten (tenzij je dat doet in samenhang met de historische context).
Je moet wel heel brutaal zijn om zo iets te doen in een artikel dat je ‘Wees zorgvuldig met je informatiebronnen’ hebt genoemd.
Klap op de vuurpijl in het artikel was echter een aanval op Volkskrantblogger ‘E.T.’, die een foto had laten zien van de Palestijnse president Abbas die een kaart omhoog houdt, waarbij Palestina niet alleen de Westbank en Gaza maar heel Israel beslaat.
Dat de foto echt is, kon ook Johanna niet te ontkennen. Maar volgens Johanna president Abbas had die kaart slechts in handen gedrukt gekregen als cadeau. Het was dus een ongelukje dat hij gefotografeerd was terwijl hij heel trots die kaart omhoog houdt.
In de reactieruimte onderaan het artikel wezen wij er op dat het moeilijk toeval kan worden genoemd:
“Op de site van Palestinian Media Watch staan ruim 40 van dergelijke gevallen gedocumenteerd geregistreerd over het kaartgebruik door de Palestijnse Autoriteit. Naast vele andere soorten ontkenningen van Israels bestaansrecht trouwens.”
Wat was de reactie van de site Geencommentaar.nl op deze reactie, die de kern van het artikel onderuit haalde? Het ontnemen van de reactiemogelijkheid (bannen) van Likoed Nederland van de site. Overigens zonder mededeling, laat staan uitleg.
Feiten die de onwaarheid van artikelen op de website onthullen, worden dus bepaald niet op prijs gesteld. Nee, dat moet worden bestraft en voor de toekomst voorkomen. De site wil zaken ongehinderd gekleurd weer kunnen blijven geven.
Voor mensen die met weerleggingen komen dient de naam Geen commentaar kennelijk letterlijk te worden genomen.
Kortom, terwijl zowel Geen Commentaar als Anja Meulenbelt voor de buitenwereld de schijn ophouden dat men open staat voor andere feiten en meningen, passen zij in werkelijkheid preventieve en correctieve censuur toe.
Het is blijkbaar typerend voor de hedendaagse pro-Palestijnse beweging, dat zij zich moet bedienen van – verborgen – censuur om zwakke plekken in hun verhaal tegen weerlegging door feiten te beschermen.
Naschrift
20 december 2010
Geencommentaar (inmiddels opgegaan in de website Sargossa) heeft een antisemitisch artikel geplaatst. Dat viel niet op, totdat iemand het herplaatste op de site van Gretta Duisenberg.
Dat viel HP / de Tijd op, die een melding deden aan het Meldpunt Discriminatie Internet. Die veroordeelde het artikel als inderdaad racistisch, waarop de site van Gretta het artikel verwijderde.
Tot zover zaken die waarschijnlijk weinigen zullen verbazen.
Maar het volgende wellicht wel: Geencommentaar laat het veroordeelde, antisemitische artikel bewust staan op hun site.
De redactie schrijft dat ze het niet heeft verwijdert: “Dat hebben we niet gedaan, ook niet nadat het Meldpunt Discriminatie Internet ons vrijdag, naar aanleiding van een klacht, verzocht het te verwijderen omdat het strijdig zou zijn met de anti-discriminatiebepalingen uit het Wetboek van Strafrecht.”
Waarom dan niet? “Vrijheid van meningsuiting”.
U leest het goed. Veroordeeld antisemitisme wordt toegestaan met een beroep op de ‘vrijheid van meningsuiting’.
Inhoudelijke, pro-Israel reacties worden echter geweerd als ongewenst.