Brief inzake Sharon aan de Belgische minister van Buitenlandse Zaken
3 maart 2003
Aan de Belgische minister van Buitenlandse Zaken De heer L. Michel
Geachte minister, waarde Louis,
U stelt dat de Belgische aanklacht inzake de massamoorden in Sabra en Shatilla in 1982 tegen premier Sharon geen uiting van antisemitisme betekent. Echter, dit is wel de eerste zaak die u onder de nieuwe wet behandelt.
Is dit niet vreemd gezien:
- de vele massamoorden die daarvoor en daarna hebben plaats gevonden?
- dat een parlementair onderzoek in de democratie Israel – waarmee Belgie zegt bevriend te zijn – reeds heeft vastgesteld dat toenmalig minister van defensie Sharon niet direct verantwoordelijk is?
- dat jaren geleden premier Sharon ook al een rechtszaak wegens laster tegen Time Magazine hierover om dezelfde reden heeft gewonnen?
- dat de werkelijke dader Elias Hobeika, de aanvoerder van de christelijke falangisten, die werkzaam was voor de Syrische inlichtingendienst, niet is aangeklaagd in Belgie of elders en vrij rond loopt in Libanon?
- dat de massamoord een reactie was op vele andere massamoorden, door de PLO onder leiding van Arafat gepleegd, die echter niet voor uw gerecht zijn gebracht?
- dat Belgie de massamoorden waarvoor Belgen en/of Belgie verantwoordelijk of medeverantwoordelijk voor zijn, zoals in Congo en Rwanda, nog niet heeft berecht?
Het heeft er daarom alle schijn van dat Belgie andere dan juridische invalshoeken hanteert in deze zaak.
Met vriendelijke groet,
voorzitter Likoed Nederland,
oud-secretaris buitenland VVD,
voormalig collega in de Executive Committee Liberale Internationale.
N.B. Belgie heeft begin april 2003 uiteindelijk de omstreden wetgeving aangepast waardoor
vervolging van premier Sharon gestaakt is.