Ingezonden brief aan het Nieuw Israelitisch Weekblad, 13 oktober 2000.
In zijn column in het NIW van 6 oktober j.l. maakt Max van Weezel hevige verwijten aan Ariel Sjaron. Hij meldt dat sommigen Sjaron met Hitler vergelijken. Sjaron heeft namelijk de Tempelberg bezocht in deze kritieke fase van het vredesproces. Dat verwijt lijkt duidelijk, maar is het niet. Want het vredesproces is al zeven jaar in een kritieke fase. Dus Sjaron kon daar de afgelopen zeven jaar al niet komen. Kan Max van Weezel aangeven wanneer het dan weer wel mag en wie het teken geeft?
En als Ariel Sjaron er niet mag komen, mogen andere Likoed-politici dat dan nog wel? Het is niet duidelijk wat de criteria zijn. Geldt het alleen voor de Knessetleden van de Likoed of ook voor de andere leden van de Knesset? Of voor Israelische politici en ambtenaren in het algemeen? Hoe zit het eigenlijk met orthodoxe Joden? Of wordt er bedoeld dat het wellicht beter is dat er helemaal geen Joden meer komen op de Tempelberg? Hun aanwezigheid zou best wel eens als provocatie opgevat kunnen worden door de Arabieren. En dan kunnen ze weer gaan schieten.
Trouwens, als Ariel Sjaron en anderen niet op de Tempelberg mogen komen, dan geldt dat natuurlijk ook voor andere plaatsen. Hij kan dan ongetwijfeld beter ook niet naar Nabloes gaan. Hebron is volledig uitgesloten. In deze redenering geldt het natuurlijk niet alleen voor de Tempelberg maar voor heel Oost-Jeruzalem. Maar hoe zit het dan met West-Jeruzalem, dat is toch ook niet onomstreden? En Haifa, kan dat nog wel?