Palestijnen schenden vredes-akkoorden
Persbericht, 20 maart 1997
Alle gesloten akkoorden tussen Israel en de Palestijnen bepalen uitdrukkelijk dat Israel als enige zeggenschap heeft over Jeruzalem, totdat de onderhandelingen over de finale status van de stad zijn voltooid. Er zijn geen uitzonderingen, ook niet voor bouwactiviteiten. Israel staat derhalve volledig in zijn recht om daar archeologische tunnels te openen of nieuwe woonwijken te bouwen, van een schending van de Oslo-akkoorden of het vredesproces is geen sprake.
Het is integendeel de Palestijnse Autoriteit die zich herhaaldelijk niet aan deze afspraken over Jeruzalem heeft gehouden. Het bekendste zijn de vanuit het Orient House ontwikkelde (buitenlands-) politieke activiteiten.
Israel heeft inmiddels in aanzienlijke mate land onder controle van de Palestijnse Autoriteit gebracht, volgens het principe ‘land voor vrede’. De bepalingen voor het realiseren van de vrede worden door de Palestijnen helaas onvoldoende nageleefd. Dit ondanks de recente herbevestiging daarvan in het Hebron-akkoord, op basis waarvan Israel zich uit 9% van de Westbank terug heeft getrokken. Om slechts een aantal van de belangrijkste overtredingen te noemen:
- gewapende terreur-organisaties zoals de Hamas en de PFLP zijn nog altijd niet ontbonden en ontwapend,
- terroristen die voor recente aanslagen worden gezocht zijn niet uitgeleverd, in tien gevallen zijn zij zelfs opgenomen in het Palestijnse politiekorps,
- het Palestijnse Handvest is nog niet gewijzigd, waardoor het nog steeds oproept tot de vernietiging van de staat Israël en het verdrijven van de joden,
- de Palestijnse Autoriteit heeft opgeroepen tot de rellen van september 1996, waarbij door PLO-politie geschoten werd op Israëlische soldaten en burgers, waardoor 15 Israelis de dood vonden. Een ernstiger schending van de letter en geest van de Oslo-akkoorden is nauwelijks denkbaar.
Rond de bouwplannen voor de nieuwe wijk van Jeruzalem Har Homa dreigt laatstgenoemde situatie zich te herhalen. Zo sprak de Feisal Hoesseini hierover al als een ‘oorlogsverklaring’.
Deze uitspraak die een gewelddadige sfeer oproept is op zich al een schending van de Oslo-akkoorden, waarin een artikel is opgenomen dat de leiding van de Palestijnse Autoriteit af zal zien van het aanzetten tot geweld, teneinde de vrede een kans te geven (Oslo-II, artikel 22).