Artikel van Likoed Nederland in de Midden Oosten Monitor, 18 maart 1997.
De diverse akkoorden tussen Israel en de Palestijnen zijn gebaseerd op het principe ‘land voor vrede’. Met andere woorden: Israel heeft zich bereid verklaard grondgebied, dat het in handen kreeg als gevolg van door de Arabieren geinitieerde oorlogen, af te staan. In ruil zou een daadwerkelijk vreedzame situatie bereikt dienen te worden, zodat de controle over dit grondgebied niet meer nodig zou zijn om Israëls veiligheid te garanderen.
In de akkoorden is
vastgelegd hoe de Palestijnen de vrede dienen te verwezenlijken: de PLO, een organisatie gegrondvest op terreur, zou geweld als middel afzweren.
Israel heeft inmiddels in aanzienlijke mate land onder controle van de Palestijnse Autoriteit gebracht. De bepalingen voor het realiseren van de vrede worden helaas onvoldoende nageleefd, om slechts een aantal van de belangrijkste overtredingen te noemen:
- gewapende terreur-organisaties zoals de Hamas en de PFLP zijn nog altijd niet ontbonden en ontwapend,
- terroristen die voor recente aanslagen worden gezocht zijn niet uitgeleverd, in tien gevallen zijn zij zelfs opgenomen in de Palestijnse politie,
- het Palestijnse Handvest is nog niet gewijzigd, waardoor het nog steeds oproept tot de vernietiging van de staat Israël en het verdrijven van de joden,
- de Palestijnse Autoriteit heeft opgeroepen tot de rellen van september 1996, waarbij door PLO politie geschoten werd op Israëlische soldaten en burgers, waardoor 15 Israelis de dood vonden. Een ernstiger schending van de letter en geest van de Oslo-akkoorden is nauwelijks denkbaar.
Rond de bouwplannen voor de nieuwe wijk van Jeruzalem Har Homa dreigt laatstgenoemde situatie zich te herhalen. Zo sprak de Feisal Hoesseini hierover al als een oorlogsverklaring. De Palestijnse Autoriteit slaagt erin de pers verkeerd voor te lichten omtrent de juridische afspraken inzake Jeruzalem.]
De gesloten akkoorden bepalen uitdrukkelijk dat Israel als enige zeggenschap heeft over Jeruzalem, totdat de onderhandelingen over de finale status van de stad zijn voltooid.
Er zijn geen uitzonderingen, ook niet voor bouw-activiteiten.
Israel staat derhalve volledig in zijn recht om daar archeologische tunnels te openen of nieuwe woonwijken te bouwen, van een schending van de Oslo-akkoorden is geen sprake.
Het is dan ook een raadsel hoe de Volkskrant (journalist Jan Keulen) het volgende kan schrijven:
Arafats argument dat het bouwen van een nieuwe joodse nederzetting in Oost-Jeruzalem in flagrante strijd is met de Oslo-akkoorden, is moeilijk weerlegbaar. Een bezoek aan een Israëlische voorlichter zou dit snel kunnen ophelderen. De omslachtige en weifelachtige formulering laat zien dat de journalist zich toch niet zo zeker voelde van zijn zaak.
Het taalgebruik is ook opmerkelijk door de term nederzetting: Har Homa is een nog onbebouwde heuvel omringd door stedelijk gebied, dringend nodig om iets te kunnen doen aan de schrijnende behoefte aan huisvesting in Jeruzalem.
De term nederzetting is nog minder van toepassing op Har Homa dan op de nieuwe Amsterdamse wijk IJburg!
Het is integendeel de Palestijnse Autoriteit die zich herhaaldelijk niet aan de afspraken over Jeruzalem heeft gehouden. Het meest bekende zijn de vanuit het Orient House ontwikkelde (buitenlands-) politieke activiteiten. Het is maar goed dat het geplande bezoek van van Mierlo aan het Orient House niet is doorgegaan, anders had hij zich schuldig gemaakt aan het aanzetten van de Palestijnse Autoriteit tot schending van de Oslo-akkoorden en daarmee tot de ondermijning van het vredesproces.
Daarnaast is er een aantal Palestijnse veiligheidsdiensten actief in Jeruzalem. Momenteel richt zich de Israëlische aandacht zich nu op hen, te weten: de preventieve veiligheidsdienst, de algemene inlichtingendienst en de presidentiële garde (eenheid 17), alle drie rechtstreeks vallend onder de voorzitter van de Palestijnse Autoriteit, Arafat. Volgens een recent rapport van de Israëlische politie nemen zij illegaal politie-taken waar en houden zich ook bezig met het innen onder dwang van ‘protectie-geld’ van de bevolking.
Met zoveel schendingen van ‘Oslo’ zal het geen verbazing wekken dat er sinds Oslo gemiddeld per jaar bijna driemaal zoveel Israelis vermoord zijn als in de jaren ervoor.
Vrede voor land is bij de Israëlische bevolking nog een utopie.